Recensie

De Vlucht van SKAGEN

Op 16 november 2021 werd door de kleine (maar dappere)  in Amsterdam gevestigde uitgeverij Koppernik in DeStudio (Antwerpen) het boekje Brandingen aan de pers en het publiek voorgesteld. De auteur ervan, Paul Verrept (*1963) is grafisch ontwerper, illustrator en auteur, die vele theateraffiches heeft ontworpen, en meerdere boeken heeft geïllustreerd. Hij schrijft ook zelf boeken, meestal voor kinderen, waarmee hij enkele niet onaardige literaire prijzen heeft verzameld. Op zijn website www.paulverrept.be staat te lezen dat zijn boeken vertaald werden in negen vreemde talen, en dat er ook vele voor het theater werden bewerkt. Ze zijn zowel op grote als op kleine podia gespeeld, niet alleen in België, maar ook in Nederland, Frankrijk, Oostenrijk, Zweden, Zwitserland, Marokko, Iran en Australië. Brandingen heeft twee delen: De Vloed, (dat al eerder werd gespeeld) en De Vlucht, dat na de boekvoorstelling zijn première beleefde.

De Vlucht - © SKAGEN
De Vlucht – © SKAGEN

Brandingen werd gepresenteerd als een roman, maar je kan het ook een poëtische vertelling noemen, want het telt maar een goede 80 bladzijden (waaronder meerdere blanco), met vele witregels en een meer dan gewone afstand tussen de tekstregels. In het eerste deel De Vloed, maken we kennis met een man en een vrouw, die in een huis op een duin wonen, met zicht op de zee. Het lijkt een harmonieus samenleven te zijn, maar dat wordt verstoord wanneer ze merken dat er vijf lichamen zijn aangespoeld op het strand. En een tijd nadien spoelt er een kind aan. De confrontatie met deze gebeurtenissen maakt komaf met hun veilige wereld, en verder samenleven lijkt onmogelijk. In De Vlucht vertrekt de man (voor alle duidelijkheid: gespeeld door Clara Van den Broek, gekleed als man; mooi kostuum van Barbara De Laere) in zijn auto en zoekt hij een ver weg een onderkomen in een ouderwets hotelletje in een bijna verlaten dorp, met een oude verkommerde fabriek. Er is een krantenwinkel met annex een café, dat echter plots gesloten is. De man zoekt tevergeefs zijn leven weer op de sporen te zetten. Een man van het dorp zoekt contact, nodigt hem uit in zijn woning, en maant hem uiteindelijk aan naar huis te gaan. Hij aarzelt, voelt zich leeg (Vers 6 van Paul Van Ostaijen: ‘Ik kan geen postzegels verzamelen…’) Tot hij op een ochtend zijn koffer pakt, haastig naar zijn auto stapt, en terugrijdt: ‘Naar het huis op de duin. / Om terug te krijgen wat er nog niet was. / Om te graven in het zand. / Om te zoeken.’

De Vloed en De Vlucht vormen samen in Brandingen een teder en tegelijk schrijnend verhaal over een gehavende relatie, tegen een achtergrond van schokkende gebeurtenissen die de personages niet kunnen beheersen of plaatsen, waarbij de lezer (en de toeschouwer) huiverend terugdenkt aan herkenbare of gelijkaardige gebeurtenissen uit het eigen leven.

Clara Van den Broek (*1974) werd o.m. master in zowel in romaanse talen (universiteit Leuven) als in dramatische kunst (Conservatorium Antwerpen), en was enkele jaren recensent dans voor de krant De Standaard en medewerkster aan het podiumkunstentijdschrift Etcetera. Ze is mede-oprichtster van het theatercollectief SKAGEN, en is één van de opleidingshoofden drama aan het Koninklijk Conservatorium Antwerpen. Ze is ook literair auteur, o.m. van de roman Aarde (uitgeverij De Geus), en van het muzikaal verteltheater Sommige dingen (vallen in het water) dat opgevoerd werd door De Bronks (en eveneens gepubliceerd door De Geus). Ze brengt deze toneelversie van De Vlucht in een sober  maar passend decor: een zilverkleurig verhoog voor een wit fonddoek (een ontwerp van Eric Engels), onder een kleine maar toch dreigende wolk (ontwerp van Remco Wuyts). Op een schijnbaar eenvoudige manier stapt, danst, springt, draait, zweeft en verstijft ze, en weet ze op een ongemeen indringende wijze de tekst (en zijn ‘onderliggende aandoeningen’) tot leven te brengen. Het werd een beklijvende, magistrale voorstelling, die ik me zal blijven herinneren.